Uit het archief

24 december 2021

Hoogverraad

Hijgend rennend. Nog vijf minuten op de klok voordat het personeelsrestaurant sluit en we enige verlichting van de avonddienst in de vorm van een maaltijd definitief op onze buik kunnen schrijven. De keuken is al gesloten, dus warme objecten zijn uitgesloten. Wel tovert één van de medewerkers een papieren zak met broodjes tevoorschijn. Ze tovert ze  één voor één tevoorschijn terwijl ze met opgetrokken wenkbrauwen op vragende toon ingrediënten naar ons roept. Ik slaak een gilletje van enthousiasme bij het woord brie en mijn collega gaat voor een klassiek broodje ham en kaas. Zelfs met onze personeelskorting mogen we allebei zo’n vijf euro neerleggen. Hypoglykemisch halen we met gesloten ogen onze pas langs het pinapparaat en horen het bekende deuntje van goedkeuring. Met pijn in onze maag van de honger en één nier minder wandelen we met onze overwinningen terug naar de SEH waar de patiënten om onverklaarbare redenen blijven stromen deze avond. We besluiten onszelf een momentje in de koffiekamer te gunnen en ploffen neer. De eerste hap nadert onze mond, maar ons oog valt op een schokkend item in de ruimte. De bruine papieren zak op tafel. De bruine papieren zak die kortgeleden nog onze 5 euro kostende broodjes bevatte. Stamelend wijzen we naar het bruine geval dat ons in stilte belachelijk maakt vanuit het midden van de tafel. Een collega loopt binnen en pakt een broodje uit de zak. "Overgebleven broodjes uit het restaurant" verklaart hij. "Die zetten ze vaak hier neer na sluitingstijd van het restaurant, mag je gewoon pakken hoor". We barsten in lachen uit, onze collega in verwarring achterlatend en ik neem maar gauw een hap van mijn broodje brie.

Emma

Archief